Paradise - no exit
Door: Greet Luursema en Harry Fransen
Blijf op de hoogte en volg Greet Luursema en Harry Fransen
03 Februari 2012 | Nieuw Zeeland, Queenstown
Sowieso zijn er op het Zuidereiland heel weinig oostwestverbindingen. Via 3 passen over het hele eiland gezien, kan de doorsteek worden gemaakt. Bijvoorbeeld de Milford Sound waar we zondag naar toe gaan ligt vlakbij Glenorchy, maar om er te komen moet een lange omweg met de bus worden gemaakt.
Goed, in dit vrij ontoegankelijke niemandsland ligt dus het paradijs. En als je in het paradijs bent, wil je er natuurlijk nooit meer weg. Vanmorgen naar het vertrekpunt van de bus gewandeld. Toevallig zag Greet nog net Mattei uit Slovenië in de Magic Bus stappen (maar wat is nog magic aan een bus?). Vanaf Auckland hebben we eerst lang samen gereisd en daarna hebben we hem enkele andere trajecten ook gezien. Dit was wel de laatste keer, want in het weekend reist hij weer terug (via Tokio en München en dat voor EUR 1.100). Bij het verzamelpunt wilden we een gereedstaand busje in, alleen stonden we niet op de lijst. Klopte ook, want die mensen zouden er een hele dag over doen om in het paradijs te komen en ze moesten er ook nog voor kajakken ook. Daartegenover stond dat ze onderweg ook zouden lunchen, maar dat mag dan ook wel bij zo’n inspannende paradijstocht. In de juiste bus werden we door Frodo himself (volgens hem heette hij Tom) richting paradijs (wisten we toen nog niet) gereden. Wat we ook niet wisten was, dat ook een groep Amerikanen uit de duurdere hotels uitverkoren was. Er was een wat ouder vrouwelijk exemplaar bij, die de hele heenweg en de terugrit haar mond niet heeft dicht gehad. Het erge was dat zij dacht dat de man waar zij mee sprak – volgens G. iemand die op haar geld uit was (weer een ander verhaal, misschien schrijft G. nog eens een boek over dit en andere duistere zaken inclusief uitleg over het plot) – vrijwel doof was. Zelf heb ik er niet zo naar geluisterd, maar G. kan haar hele levensverhaal zo vertellen.
Gelukkig kwam, uiteraard na weer de mooiste NZ-uitzichten, Glenorchy snel dichterbij. Het bleek een heel leuk stadje met allerlei piepkleine huisjes (+ -kerk + -bibliotheekje) te zijn. Bij het eindpunt snel inchecken en ons deel van de groep ging eerst in een klein busje de tocht over land maken. Gelukkig waren de Amerikanen samen een team en zaten wij niet bij hen ingedeeld. De chauffeur van het busje vertelde mooie en boeiende verhalen over de streek en de natuur. En ja, we gingen echt naar het paradijs. Waar de asfaltweg overging in een steenslagweg stond echt het bordje (richtingaanwijzer) ‘Paradise – no exit’ en zo kwamen we in het paradijs aan, met nog mooier, de belofte dat je er niet meer uit kon!
Paradijselijk was het zeker, en wij waren niet de eersten die dat vonden. Al ruim een eeuw geleden waren de settlers tot dezelfde conclusie gekomen. Dat betekende, dat het riviertje de Jordan (de rivier de Jordaan) heet, dat een zeer fraai huis de naam Arcadia draagt en dat er ook plaats is voor de Hell’s Gate. Die laatste hebben wij wijselijk links of rechts laten liggen (we wisten niet waar die precies lag, vandaar de twee opties). Het paradijs lag er fantastisch bij en dat was eerder ook opgevallen bij filmmakers en reclamemakers. Een veelheid aan films en commercials is in deze streek opgenomen. Nooit geweten dat de K2 hier lag, dat zelfs al in de tijden van Midden Aarde hier hobbits rondliepen (de scènes met de wandelende bomen en ook het landschap van Mordor. Mordor zelf was een schaalmodel van nog geen 2 meter doorsnee). Verder zijn hier commercials voor Milka – de Alpenweiden liggen toch in het paradijs – en Coors, het Amerikaanse bier vastgelegd. Van het laatste gaat de brouwerij er prat op, dat alles aan het bier 'Colorado based' is, inclusief afbeeldingen en commercials. Zelfs de CEO van Coors, een zwaarlijvige man die Leo heette, wilde niet geloven dat NZ/Paradise het decor voor de commercial en het plaatje op het bierblik was. Onze gids kreeg enkele weken na het bezoek een korte e-mail. ‘You were right, but not for long anymore’.
Na deze nog wat aardse zaken werd het paradijselijk karakter wat meer benadrukt in de wandeling door het bos naar de boot. Een bos van soms eeuwenoude beeches (= beuken.De Latijnse naam voor een beech is fagus. Maar, de bomen die hier staan zijn in werkelijkheid geen echte beeches (foutje van Captain Cook, maar die had dan ook vele andere kwaliteiten). In het Latijn is de soortnaam voor de beeches hier heel duidelijk: notofagus! Het land in het paradijs is op zich van een niet heel vruchtbare soort. De doordringbare laag is maar enkele decimeters diep. De beeches zijn tot wel 30 a 40 meter hoog. Om het geheel staande te houden heeft het wortelgedeelte een cirkel tot wel 60 meter aan diameter. Van de beeches was een drietal soorten aanwezig; de mooiste om te zien was de rode beech met grote vergroeiingen om de stam. Precies de sprekende en wandelende bomen uit de Lord of the Rings!
Helaas, ook in het paradijs houdt niet iedereen zich aan de paradijscode: het in vrede met elkaar omgaan. Vooral de uitheemse dieren, zoals opossum, hert, stoat (groot soort fret) zijn wat dat betreft echt horrible. In het paradijsbos zijn enkele stukjes met grof en fijn gaas afgezet. Goed is bij het grove gaas te zien wat voor een puinhoop de kleine uitheemsen ervan maken. Het paradijs verdient een betere bescherming en de gids gaf aan hoe wij, geciviliseerde mensen, daarbij kunnen helpen.
Aan het eind van het bos moest even gewacht worden op de aankomst van de jetboat met team America. Zij eruit, zwemvesten overdragen en wij de jetboat in. De jetboat is een soort speedboot die zich snel over het soms ondiepe water van de rivier – in dit geval de Dart – kan verplaatsen. Niet een mooie rustige, rechte rivier, maar een kronkelig geheel met ondiepe delen en her en der rotsblokken en andere niet door de jetboat te nemen obstakels. Met grote snelheid, tot wel 80 km per uur over het water en tijdens de rit diverse stops met uitleg over de ontwikkeling van de natuur en nog een uitstapje naar een onwaarschijnlijk blauw stuk rivier. Hetzelfde traject weer terug, voorbij de instapplaats en na twee ‘wheelies’ of hoe dat met een jetboat ook mag heten, waren we ineens weer terug bij het incheckpunt. In totaal hebben we 44 kilometer op kermisachtige wijze afgelegd. Fantastische ervaring, maar buiten het paradijs dus weer!
Precies, alleen waren we nu slechts fysiek uit het paradijs gegooid; spiritueel waren we er nog helemaal in. Als blijk daarvan konden we ons nu gaan wijden aan de opdrachten om tot een beter paradijs te komen. Greet heeft zich direct vol op die opdracht gestort en heeft handschoenen van 50% merinowol, 40% opossumvacht (en 10% nylon – niet interessant voor de ‘opdracht’) gekocht en zo aan de win-win-win voor paradijs en mens meegewerkt: hoe minder opossums, hoe beter de natuur in het paradijs zich kan handhaven en ontwikkelen en voor Greet minder last van koude handen! Dat laatste speelt hier nu niet zo’n rol. Bij jullie daar ligt dat op dit moment heel anders. Zijn de paradijselijke rayonhoofden al in vergadering bijeen?
GREET(ings) HARRY
-
03 Februari 2012 - 13:56
Pap:
Het heeft hier de hele morgen gesneeuwd bij -5 gr. en `s nachts is het tegen de -12 gr.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley